Aan de dood denken

Tijdens een psychologisch onderzoek kreeg ik eens de vraag of ik weleens aan de dood denk. Ja, heel vaak, dacht ik. En schreef ik op. Een psychiater vond dit opvallend en zorgwekkend, het was (zo begreep ik althans zijn reactie) een referentie voor hoe slecht ik me voelde. Achteraf doorvoelde ik een mismatch in begrip. Juíst het denken over de dood voelde voor mij vitaliserend, bewustmakend. In de context van een psychologisch onderzoek werd het destijds eerder als verontrustend signaal van mijn lijden en de noodzaak tot interventies gezien. Voorstelbaar, ik ervoer ook aardig wat psychologische conflicten en was dan ook op zoek naar hulp (steun, inzicht, zingeving en beweging), maar ik had het existentiële thema liever meer genuanceerd en eerlijk bespiegeld met een zorgverlener. Natuurlijk ken ik deze neiging (als mens, begeleider) ook, het vermijden van een ingewikkeld en gevoelig thema en daarbij een conclusie eerder dan doorvragen leidend laten zijn, dat is een kwetsbare tendens die milde alertheid en herhaaldelijke oefening vraagt opdat de neiging geen strikte gewoonte wordt. Oefenen, spelen met, opnieuw uitreiken naar en blinde vlekken belichten. Ondertussen voel ik mij wel meer vertrouwd met het/mijn vanzelfsprekende nadenken over de dood. Dat doe ik regelmatig en dat stimuleert om te kiezen voor creatieve projecten waar ik in alledaagse gewoontes gemakkelijk van weg beweeg. Soms moet ik er ook om grimlachen, want nadenken over de dood brengt ook (potentieel nihilistisch) besef van nietigheid. Nietigheid én doordrongen zijn van wat er écht toe doet, een pikante existentiële combinatie die idealiter resulteert in gerichte creatieve ontwikkelspanning , eerlijke bescheidenheid en woeste moed .

"I think about dying every single day. It’s only when you think about dying that you fully enjoy your life. It means you can’t bullshit; everything that’s not important falls away, and you know death can happen any minute, any time – you are in the last act. You have to think about what you’re going to leave society: as an artist you have that obligation. Because if you have a gift, you have to handle it carefully. The gift isn’t given to you personally, it’s given to you to give to society. You have to think carefully about how you’re going to leave meaningful work behind." - Marina Abramovic, Guardian

Previous
Previous

Voortlevende genegenheid

Next
Next

Hoe hoop vruchten werpt