Eenzaamheid en begaafdheid (1)

Eén van de meest verdrietige situaties die ik in de relationele levens van personen met kenmerken van hoogbegaafdheid tegenkom, is eenzaamheid.

Daarbij, ook de persoon die volgens de perceptie van anderen, volgens hún relationele gevoelens of inschattingen, niet eenzaam is, kan dit zelf wél ervaren. Een populair begaafd kind kan zich alsnog diep vanbinnen eenzaam voelen. De intensiteit en complexiteit van beleving en betekenisgeving kan perspectieven, ideeën, gevoelens en acties met zich mee brengen die niet overeenkomen met normen en conventies. Sociaal vaardig én terughoudend zijn in het delen van deze diepere beleving kan samengaan. De diepste intimiteit wordt dan niet gedeeld en dit doet iets met de veiligheidsbehoefte 'belonging'. Dit kan samengaan met verstoorde of verstorende gedachten, die groeibehoeftes ook beperken. Zoals aanhoudende, geïnternaliseerde onzekerheid (desondanks en soms mede dankzij alle 'uiterlijke' waardering) of een groot te houden zelfbeeld waarin er op dieper niveau geen vertrouwen is naar de ander (en dus het zelf).

Wanneer komt een uitzonderlijk begaafd persoon iemand tegen die spiegelt, uitdaagt, emotioneel resoneert, bevraagt, spelend strijdt én afgestemd aansluit?

Wanneer dit voorkomt, kan het de dieperliggende conditionering omhoogbrengen. Wie altijd gewend is de slimste in de groep te zijn, kan zich verwarrend bedreigd voelen wanneer dit niet (meer) het geval is. Als de ander die uitzonderlijk mee kan denken en doen dan ook nog uitnodigt tot vriendschap, kan de ervaring van bedreiging des te complexer zijn. Kan dit samengaan? Het wantrouwen wordt op de proef gesteld. De eenzaamheid, die ergens ook veiligheid is gaan betekenen, kan conditioneringen aansterken die een verbinding met ruimte en respect in de weg zitten. De persoon ligt wellicht in strijd om het geconditioneerde ego in stand te houden.

Of dit nu om een 'succesvol' gesocialiseerde hoogbegaafde persoon of om een 'onderpresterend' of 'onafhankelijk' (of alle drie) slim persoon gaat, allen kunnen in hun hechting (van huis uit) en connectie (binnen de culturele en sociale settings) geconditioneerd zijn om een ander vaardig dichtbij en vereenzamend ver weg te houden.

Dit (h)erken ik. Ik heb mensen lief, kan sociaal vaardig zijn en ervaar intimiteit met gelijkwaardige spiegeling als spannend. Het is pas sinds een aantal jaren dat ik een vriendengroep heb waarmee ik aan het leren ben 'volledig' (zowel vol als leeg) mezelf te zijn. Om te stromen, expanderen, afstemmen, herkennen en erkennen, respecteren en liefhebben, om groot én klein te zijn. Voorbij idealisering (bijzonder-zijn) en plotselinge afwijzing (oh, tóch kwetsbaar-zijn, wel héél dichtbijkomen), voorbij intense liefde die ineens over lijkt te zijn (ai). We zijn getuigen van elkaar. In het samen kunnen en willen dragen van intensiteit en complexiteit die ons vertrouwd is, merk ik openingen in mezelf om verder buiten onze bubbel te verbinden en bij te dragen. Om eerlijke feedback te vrágen.

**Intens blij word ik van berichten van deelnemers aan studiedagen of community dagen. Niet zelden ontmoeten ze hier andere deelnemers met wie een enorme klik opleeft. Dát is de diepste motivatie van dit werk, binnen een context waarin denken en voelen evenredig welkom zijn. Zie de volgende link voor meer informatie over de volgende communitydagen.

Previous
Previous

HB valspositief…

Next
Next

Denken in een begaafdheidsveld