Not shaken, broken
"Beautiful mind
There's magic still behind those sunken eyes
You're not the sum of all your thoughts inside
Still a song within the ashes of your life"*
Met tranen glinsterend van een gebroken hart weet iedereen in het klooster mij hartelijk aan te spreken. Elk contact voelt warm en rap zakt weer een spanningslaagje verdediging. Spontaan word ik uitgenodigd deel te nemen aan de muzieksessie in het kapel. Zoiets roept intens en ik hoef dan ook geen já te zeggen, ik doe het gewoon.
In de sessie ga ik er vol voor. Ontvangen, ontvangen, toe maar. De zanger lijkt mij persoonlijk toe te zingen en, wonderlijk, na een minuut of tien blijk ik de enige die aanwezig is. Lied na lied roept op om gewoon maar te huilen, te ademen en te huilen. Zodra de kunstenaar klaar is, dank ik hem hartelijk. Weldra ziet hij mijn tranen en volgt er een innig gesprek waarin ik deel wat er in mij leeft en hij luistert en spiegelt alsof het een broer is.
We spreken over wat ik kom doen in de stad, dat ik gisteravond bij een bijeenkomst vol wijze en schitterende begaafde vrouwen was, dat ik worstel met diepe pijn in mijn hartstreek.
Ik ben niet expliciet gelovig opgevoed, hoewel zowel het protestantisme als het katholicisme in het opgroeien van mijn ouders, en dus van mij, direct aanwezig waren. Tussen mijn ouders opgroeien was een rijkdom én regelmatig zeer onrustig.
De man deelt zijn doorleefde wijsheid en vraagt of ik het oké vind dat hij een gebed voor mij doet. Ik vertrouw niet op mijn hoofd, maar maak deze verbinding zo groot als dat mijn hart is. Ja, graag.
Zijn woorden komen binnen als ware het éen van de lyrische reflecties die ikzelf zo vaak heb voorgedragen aan dierbaren en tijdens lezingen. Hij kiest de woorden waarin ik mij gezien voel en losser laat iemand anders te hoeven zijn dan ik ben, inclusief dit verdriet, dit gejoel, dit gevoel van onrecht.
En te midden van de doorbrekende pijn is er verlichting, zoals in zoveel tradities beschreven. Van mens tot mens, geraakt door zijn ongedwongen passie voor zijn pad en zijn dito interesse in mijn aanwezigheid bij zijn verstillende ruimte en klanken. Wonderlijk.
9 jaar nadat ik in Dordrecht de Mensa Fonds Awards in ontvangst nam, een dag nadat ik beklijvend verliefd werd, deel ik in deze stad mijn tranen met een vertrouwd onbekende. Vandaag, 9 maanden nadat ik de weg ogenschijnlijk volledig kwijt was en kortdurend psychotisch werd, finaal aanwijzend waarom ‘de weg’ immer naar binnen wijst.
Bij thuiskomst zei onze dochter vrolijk:
“Wat ruik je toch heerlijk als je weg bent geweest!”
Ha.
*Het lied Misunderstood.