Slierten haar
“Wil je me nog even kriebelen? Zo met je haar?”
Ik ga op mijn knieën naast haar bed zitten, buig me vertraagd naar haar toe, beweeg iets omhoog met mijn hoofd en hang mijn haren over haar voorhoofd, wangen, nek. Dan stem ik me af op de ‘lullabies’ die op de achtergrond klinken. Terwijl mijn ademhaling vertraagd, voel ik in de handeling een eenheid met de muziek.
Ontroering. Dit hier is een uitdrukking van haar vrijheid. Ze maakt haar soevereine verlangen kenbaar, haar eigen wijze om mens te zijn. Ik kan ‘nee’ of ‘ja’ doen en geniet evenredig van mijn mogelijkheid om haar eigen-lichaam-zijn hierin eerlijk te ontmoeten.
Dit is een teder beeld van menszijn dat ik niet kwijt wil raken.
In deze ontmoeting worden we samen weer geboren. Zoals telkens wanneer mijn aanwezigheid kansen voor haar schept om de wereld te ontdekken en haar vrijheid te oefenen. En dan hoop ik dat het telkens ‘op tijd’ komt, dat ze ontvangt wat ze nodig heeft om tijdig op haar ontwikkelpad nieuwe gradaties van vrijheid te ontdekken en herdenken. Nog voordat we besloten om te proberen een kind te krijgen, was dit de vraag. Kunnen we de structuren bieden die haar beweging in, onderzoek van en verbinding met de wereld faciliteren?
Ouderschap heeft me bewuster gemaakt van de wijzen waarop ik volledig ín de wereld verweven ben. Ik heb vaak verzet gevoeld. Dat waren dan momenten waarop ouderschap mij onlosmakelijk dieper in deze wereld wortelde, met toenemend besef van het geweld, lijden en de vergankelijkheid die in het leven bestaan. Soms dacht ik dat vrijheid te vinden was in de afwezigheid van zorgtaken.
Maar dat klopt niet. Samen voegen we iets toe aan de wereld. Het blijft onvoorspelbaar wat dat precies is. En het kent vormen die soms onwaarschijnlijk dagelijks, dan weer levensveranderend intens zijn. Geboortes.
Dit tedere beeld, mijn haren die over haar wangen strelen, graveer ik diep in mijn ideeën over wat het betekent om mens te zijn.
Het verbonden moment herinnert me eraan dat afgestemd zorg dragen voor elkaar toegang biedt tot vormen van tederheid die een ander wereldbeeld in ons scheppen. Tederheid die onze zintuigen niet op scherp, maar op subtiel stelt. We krijgen een indruk van de wijze waarop alles met elkaar verbonden is, met een hele hoge resolutie.
Met de afwezigheid van tederheid in ons leven, lopen we het risico vrijheid te begrijpen als een afwezigheid van tegenwerkingen. We kijken en voelen grof, ons wereldbeeld vergoelijkt het eindeloos graaien naar iets dat we ergens in onze ontwikkeltijd fundamenteel verlangden en diep gefrustreerd raakte.
Op de meest nabije contactgrens is empathie de schepper van soevereiniteit.
Mijn ogen naderen die van haar. Diep geconcentreerd ontvangt ze de kriebels, zie ik de wetmatig neervallende, slierten haar. Leven ontvouwt zich ook op deze schaal, laat dat weten vrij in me rond blijven gaan.